"Oh Father"

"School wil niet in gesprek..." "Huh, wat, waarom niet?" "Omdat ze bang zijn dat ze daarmee de vertrouwensband met de ouders zullen beschadigen..." "Maar het gaat toch om de veiligheid van de kinderen?" "Ja, maar ze vinden dat wij als vrienden dan maar met hen in gesprek moeten gaan...." Dit is niet wat je hoopt te horen als je besluit om de hulp van school in te roepen als je het idee hebt dat er bij een gezin thuis de situatie zo verziekt is door een scheiding dat de kinderen daar serieus onder lijden. Maar het gebeurt dus wel.

We kennen ze wel, de Sire-spotjes waarbij er wordt gevraagd aan de bel te trekken als je het gevoel hebt dat er sprake is van kindermishandeling. "Het houdt niet op, niet vanzelf". Een kind is vaak niet bij machte om zelf hulp in te schakelen als het thuis uit de klauwen loopt. Het kind is loyaal aan zijn of haar ouders en weet mogelijk niet beter. Een kind heeft die ene volwassene nodig die melding durft te doen bij instanties om ervoor te zorgen dat het kind weer in een veilige situatie terecht komt. Maar vaak zie je dat de meeste mensen denken dat een ander wel de noodklok zal luiden. En dus gebeurt er dan niets.

Als een kind met blauwe plekken en andere zichtbare verwondingen aan komt zullen mensen misschien eerder bereid zijn om actie te ondernemen. Maar wat als het gaat om psychische kindermishandeling? Wanneer is daar sprake van?

Een van mijn collega-officieren heeft deze week een man op zitting vervolgd voor de psychische mishandeling van zijn kinderen binnen het gezin. De kinderen waren vaak aanwezig geweest bij de mishandelingen en vernederingen waarvan hun vader naar hun moeder toe verdacht werd. Ze hadden daar ook verklaringen over afgelegd bij de politie.

Uit een rapport van een van de deskundigen in deze strafzaak kwam naar voren dat volgens wetenschappelijke definities "het getuige zijn van huiselijk geweld moet worden aangemerkt als vorm van emotionele/psychische mishandeling". In de Jeugdwet staat ook beschreven dat kindermishandeling elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard is, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel. Een hele mond vol, maar bottom line is dat het dus niet alleen gaat om het slaan en schoppen of seksueel misbruiken van een kind, maar ook het vernederen of dus het getuige zijn van huiselijk geweld.

Wetenschappelijke onderzoeken wijzen uit dat huiselijk geweld allerlei korte en lange termijn gevolgen heeft, zowel lichamelijk als psychisch. Het Verwey-Jonker Instituut laat deze week ook weten dat de gevolgen van kindermishandeling voor kinderen veel groter zijn dan gedacht. "De gevolgen zijn ernstiger en de doorwerking duurt langer. Het is heftiger dan verwacht", zo meldt het instituut na uitgebreid onderzoek. Door het geweld hebben kinderen uit probleemgezinnen, waar kindermishandeling vaker voorkomt, vaker dan andere last van traumatische klachten, zoals depressiviteit, angst of PTSS. Ook ervaren kinderen emotionele onveiligheid en verloopt de hechting met ouders moeizaam. Door de psychische schade kunnen kinderen heftig reageren, bijvoorbeeld met vluchtgedrag of juist opstandigheid (zie www.verwey-jonker.nl/nieuws/gevolgen-huiselijk-geweld-ernstiger-dan-gedacht).

Het vervolgen van een verdachte voor psychische kindermishandeling omdat een kind getuige is geweest van huiselijk geweld komt zelden voor. Dat komt omdat het strafrechtelijk moeilijk te bewijzen is dat de problemen die een kind ervaart ook daadwerkelijk het gevolg zijn van dat wat een kind thuis heeft zien gebeuren. In de zaak op zitting was intussen duidelijk dat de dochter binnen het gezin bij een psycholoog loopt, faalangst heeft en ook lichamelijke ongemakken ervaart. Voor mijn collega alle reden om nu eens een dergelijke zaak aan de rechtbank voor te leggen. Kinderen verdienen het om te voelen, ook als ze dat pas op latere leeftijd beseffen, dat er iemand voor ze is opgekomen.

Het is deze week de Week tegen Kindermishandeling. Het thema dit jaar is: "Ik maak het verschil". Mijn collega wil dat verschil maken en ik ben daar trots op. School zag overigens uiteindelijk ook in, na contact, dat ze het belang van het kind voorop moesten zetten en dus met de ouders het gesprek aan moesten gaan. De vertrouwensband moet er vanuit school voor het kind zijn, zeker als ouders te langdurig zo druk zijn met scheiden dat ze niet meer in de gaten hebben dat de klachten van hun kinderen misschien wel te wijten zijn aan de spanning die zij thuis veroorzaken. Als iemand opstaat voor het kind moet je dat serieus nemen. Later als ze groot zijn zullen ze je dankbaar zijn. Ze hebben maar één iemand nodig, je kunt het verschil maken.

Kijk en luister Madonna - Oh Father

Reacties